149.500.000 Kilometer van ons vandaan strijden elektronen en protonen om vanuit de kern van de zon het oppervlak te bereiken. Botsend tegen elkaar, en tuimelend over elkaar komt een deel uiteindelijk soms pas na enkele miljoenen jaren aan op het oppervlakte. De protonen en elektronen behalen daar een snelheid van gemiddeld 145 kilometer per seconde. Door verstoringen in het magnetisch veld van de zon worden deze protonen en elektronen de ruimte in geslingerd. Hiervoor is een minimale snelheid nodig van 618 kilometer per seconde. Als de deeltjes richting aarde worden geslingerd leert een kort rekensommetje ons dat ongeveer 2,8 dagen later deze deeltjes het aardmagnetisch veld bereiken. Door dit aardmagnetisch veld worden de deeltjes de atmosfeer in getrokken en wordt de snelheid nog een keer verhoogd tot bijna 1/5 deel van de lichtsnelheid.
Op een hoogte van tussen de 100 en de 400 kilometer boven het aardoppervlak botsen de protonen en elektronen met de stikstof en zuurstof atomen welke door de kinetische energie (bewegingsenergie) in “aangeslagen toestand” komen. De bewegingsenergie is hiermee overgedragen op de zuurstof of stikstof atoom in onze atmosfeer. De enige manier voor deze atomen om de energie weer kwijt te raken is door middel van het afgeven van een lichtpuls, Fotonen genaamd. Zo’n lichtpuls is voor het oog niet zichtbaar, maar 100 miljoen pulsjes per kubieke centimeter over een groot oppervlak aan de hemel vertaald zich in de Aurora Borealis, oftewel het Noorderlicht. (Aurora Australis aan de Zuidpool).
Voor mij is de Aurora Borealis dan ook het meest indrukwekkende natuurverschijnsel dat ik ooit heb mogen aanschouwen. 2011 en 2012 zijn topjaren voor Aurora Borealis. Wel zul je naar het hoge noorden moeten afreizen om het daadwerkelijk te kunnen zien. Ik kijk dan zelf ook weer vooruit naar 8 oktober 2011 wanneer ik als gids voor IJslandtours een groep mag gidsen in het betoverende IJsland waar we in de avonduren uiteraard gaan spotten naar het Noorderlicht.
Meer informatie, onder ander om te reserveren vind je op de site van IJslandtours